graanveld
Nederlands
![](../I/m/Distel_in_Kalkar_PM16_02.jpg)
het gele graanveld
Woordafbreking
- graan·veld
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van graan en veld
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | graanveld | graanvelden |
verkleinwoord | graanveldje | graanveldjes |
Zelfstandig naamwoord
graanveld o [1]
- veld waar graan op groeit
- „Over twintig jaar spreken we elkaar weer, en dan is Engeland terug bij waar het ongeveer in de jaren zeventig was. Totaal verouderd, enorme werkeloosheid, totaal verpauperd. Dat lijkt mij niet het model voor de toekomst van Engeland”, zei minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem vorige maand op het World Economic Forum in Davos. Dat is een onderschatting van de Engelsen. Je hoeft maar aan een Engels wandelpad te denken. Dat gaat dwars door graanvelden of weilanden met schapen en koeien, zich niets aantrekkend van andermans grenzen. En af en toe is er een stile, een trappetje, om over de ergste hindernissen heen te klimmen.[2]
Synoniemen
- graanakker, korenveld
Gangbaarheid
- Het woord graanveld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'graanveld' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.