gnosis

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gno·sis
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het modern Latijn, in de betekenis van ‘diepere kennis m.b.t. godsdienstige waarheden’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord gnosis -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

gnosis v

  1. de diepere kennis aangaande de godsdienstige waarheden
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gnosis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
38 %van de Nederlanders;
45 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.