gladiool
Nederlands
Woordafbreking
- gla·di·ool
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘knolgewassengeslacht’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1779 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gladiool | gladiolen |
verkleinwoord | gladiooltje | gladiooltjes |
Zelfstandig naamwoord
gladiool v / m
- (plantkunde) Gladiolus sp.
een bolgewas uit de Irisfamilie met zwaardvormige bladen en gekleurde bloemen - dwaas, stommeling
Gangbaarheid
- Het woord gladiool staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gladiool' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.