gingen uiteen
Nederlands
Woordafbreking
- gin·gen uit·een
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uiteengaan |
gingen (…) uiteen
- meervoud verleden tijd van uiteengaan
- Wij gingen uiteen.
- Jullie gingen uiteen.
- Zij gingen uiteen.
- Wij gingen uiteen.
Gangbaarheid
- Het woord gingen uiteen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.