gebouwd
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gebouwd (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /χəˈbʌʊt/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ɣəˈbʌʊt/
Woordafbreking
- ge·bouwd
Antoniemen
- ongebouwd ??
Hyponiemen
- breedgebouwd, forsgebouwd, goedgebouwd, grofgebouwd, lichtgebouwd, volgebouwd, welgebouwd, zwaargebouwd
Gangbaarheid
- Het woord gebouwd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gebouwd' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.