gazon

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ga·zon
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘onderhouden grasveld’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1780 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord gazon gazons
verkleinwoord gazonnetje gazonnetjes

Zelfstandig naamwoord

gazon o

  1. onderhouden, kort gemaaid grasveld bij een huis
    • Een gazon kan ingezaaid worden of er kunnen graszoden gelegd worden. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gazon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.