galop
![](../I/m/Canter_animated.gif)
Andalusisch paard in galop
Nederlands
Woordafbreking
- ga·lop
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘snelle gang van paard’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1588 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | galop | galops |
verkleinwoord | galopje | galopjes |
Zelfstandig naamwoord
galop m
- de snelste gang van een paard
- Zij gingen over in galop.
Vertalingen
1. de snelste gang van een paard
Gangbaarheid
- Het woord galop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'galop' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.