franciscaan
Nederlands
Woordafbreking
- fran·cis·caan
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘monnik van de orde gesticht door Franciscus van Assisi’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1654 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | franciscaan | franciscanen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
franciscaan m [3]
- kloosterling van de (bedel)orde van de heilige Franciscus van Assisi
Gangbaarheid
- Het woord franciscaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'franciscaan' herkend door:
86 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.