floep
Nederlands
Woordafbreking
- floep
Woordherkomst en -opbouw
Tussenwerpsel
floep
- beschrijft een opeens beginnende korte snelle beweging
- (...) wanneer hij er juist een meende beet te pakken - floep! dan zat het beestje weder een heel eind verder, (...) [3]
- beschrijft het korte doffe geluid dat met een snelle beweging gepaard gaat
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | floep | floepen |
verkleinwoord | floepje | floepjes |
Zelfstandig naamwoord
floep m
- opeens beginnende korte snelle beweging
- kort dof geluid dat met een snelle beweging gepaard gaat
Gangbaarheid
- Het woord floep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'floep' herkend door:
76 % | van de Nederlanders; |
70 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.