flip-flop

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  flip-flop    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈflɪpflɔp/
Woordafbreking
  • flip-flop
enkelvoud meervoud
naamwoord flip-flop flip-flops
verkleinwoord flip-flopje flip-flopjes

Zelfstandig naamwoord

flip-flop

  1. verouderde spelling of vorm van flipflop van vóór 2015
Opmerkingen
  • Van Dale's Groot woordenboek van de Nederlandse taal vermeldde dit woord voor het eerst in de 12 druk uit 1992, geschreven met koppelteken. Vanaf de 13e druk (1996) werd het zonder koppelteken gespeld en met die schrijfwijze staat het vanaf 2015 in de officiële Woordenlijst Nederlandse taal.

Gangbaarheid

  • Het woord 'flip-flop' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Engels

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈflɪpˌflɑp/
Woordherkomst en -opbouw
  • [1] klanknabootsing van de geluiden van de relais waarmee de schakeling oorspronkelijk werd gerealiseerd
  • [2] overdrachtelijk gebruik [1]
  • [3] klanknabootsing van het sloffende geluid waarmee lopen op dit schoeisel gepaard gaat
enkelvoud meervoud
flip-flop flip-flops

Zelfstandig naamwoord

flip-flop

  1. flipflop, digitale schakelijk
  2. flipflop, plotselinge wijziging standpunt in tegendeel
  3. flipflop, soort sandaal
Schrijfwijzen

Werkwoord

flip-flop

  1. plotseling wijzigen standpunt in tegendeel, draaien
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.