flikkerde op

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • flik·ker·de op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opflikkeren

flikkerde op

  1. enkelvoud verleden tijd van opflikkeren
    • Ik flikkerde op. 
    • Jij flikkerde op. 
    • Hij, zij, het flikkerde op. 

Gangbaarheid

  • Het woord flikkerde op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.