fantast
Nederlands
Woordafbreking
- fan·tast
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘iem. met sterke fantasie’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fantast | fantasten |
verkleinwoord | fantastje | fantastjes |
Zelfstandig naamwoord
fantast m [3]
- een persoon met een abnormaal ontwikkelde fantasie
- Baron van Münchhausen is één van de bekendere fantasten
Gangbaarheid
- Het woord fantast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'fantast' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.