falafel
Nederlands
Woordafbreking
- fa·la·fel
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Arabisch, in de betekenis van ‘gerecht van gefrituurde erwtjes, uien en kruiden’ voor het eerst aangetroffen in 1989 [1]
- Herkomst: Arabisch, van فلافل) [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | falafel | falafels |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
falafel v/m
- (Jiddisch-Hebreeuws) (voeding) van oorsprong Libanees vegetarisch gerecht van fijngemaakte, tot balletjes gedraaide en vervolgens gefrituurde (gemalen) kikkererwten en/of tuinbonen, uien en kruiden, gewoonlijk in een broodje
Gangbaarheid
- Het woord falafel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'falafel' herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "falafel" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.