eye

eye

Engels

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudengelse eage
enkelvoud meervoud
eye eyes

Zelfstandig naamwoord

eye

  1. (anatomie) oog
vervoeging
onbepaalde wijs to eye
he/she/it eyes
verleden tijd eyed
voltooid
deelwoord
eyed
onvoltooid
deelwoord
eyeing or eying
gebiedende wijs eye

Werkwoord

eye

  1. ogen
Gelijkklinkende woorden
Uitdrukkingen en gezegden
  • to be all eyes
    • aandachtig zijn
  • to keep an eye for
    • opletten voor
  • to see eye to eye
    • het volledig eens zijn
  • to open someone's eyes
    • iemand iets laten realiseren
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.