eenhonderdvijfenvijftig

Nederlands

0155
eenhonderdvijfenvijftig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • een·hon·derd·vijf·en·vijf·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

eenhonderdvijfenvijftig

  1. "155", langere vorm van honderdvijfenvijftig, honderd plus vijfenvijftig (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De inzameling heeft eenhonderdvijfenvijftig euro en vijftig cent opgebracht. 
    1. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdvijfenvijftig. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

  • eenhonderdvijfenvijftigste

hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdvijfenvijftig" ht als linkerdeel

  • eenhonderdvijfenvijftigduizend

Gangbaarheid

  • Het woord 'eenhonderdvijfenvijftig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.