eenhonderdtweeëndertig
Nederlands
0 | 1 | 3 | 2 |
eenhonderdtweeëndertig,
op een abacus
op een abacus
Woordafbreking
- een·hon·derd·tweeën·der·tig, een·hon·derd·twee·en·der·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van eenhonderd ht en tweeëndertig ht
Hoofdtelwoord
eenhonderdtweeëndertig
- "132", langere vorm van honderdtweeëndertig, honderd plus tweeëndertig (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft eenhonderdtweeëndertig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdtweeëndertig.
Synoniemen
- honderdtweeëndertig (deze kortere vorm is de gangbare vorm)
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
- eenhonderdtweeëndertigste
hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdtweeëndertig" ht als linkerdeel
- eenhonderdtweeëndertigduizend
Gangbaarheid
- Het woord 'eenhonderdtweeëndertig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.