distichon
Nederlands
Woordafbreking
- dis·ti·chon
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘tweeregelig vers’ voor het eerst aangetroffen in 1841 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | distichon | disticha distichons |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
distichon o [3]
- (letterkunde) (dichtvorm) tweeregelig vers dat een volledige zin vormt
Gangbaarheid
- Het woord distichon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'distichon' herkend door:
25 % | van de Nederlanders; |
31 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.