distantiëren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dis·tan·tië·ren, dis·tan·ti·eren
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
distantiëren
distantieerde
gedistantieerd
zwak -d volledig

Werkwoord

distantiëren

  1. wederkerend zich ~ van: afstand nemen van, beweren niet betrokken of verantwoordelijk te zijn voor iets
    • Zij zullen zich daarvan ongetwijfeld willen distantiëren. 
  1. wederkerend zich ~ van: het ergens niet mee eens zijn
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord distantiëren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.