diender

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dien·der
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘politieagent’ voor het eerst aangetroffen in 1866 [1]
  • Naamwoord van handeling van dienen met het achtervoegsel -der [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord diender dienders
verkleinwoord diendertje diendertjes

Zelfstandig naamwoord

diender m

  1. iemand die dient
  2. politieagent
Hyponiemen
  • hofdiender, metserdiender

Gangbaarheid

  • Het woord diender staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
81 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.