deprimeren
Nederlands
Woordafbreking
- de·pri·me·ren
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘neerdrukken’ voor het eerst aangetroffen in 1669 [1]
- afgeleid van het Franse déprimer (met het voorvoegsel de- en met het achtervoegsel -eren) [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
deprimeren |
deprimeerde |
gedeprimeerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
deprimeren
- overgankelijk somber stemmen
- Het slechte nieuws deprimeerde hem een beetje.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord deprimeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'deprimeren' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.