degraderen
Nederlands
Woordafbreking
- de·gra·de·ren
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘in rang verlagen’ voor het eerst aangetroffen in 1350 [1]
- afgeleid van het Franse dégrader (met het voorvoegsel de- en met het achtervoegsel -eren) [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
degraderen |
degradeerde |
gedegradeerd |
zwak -d | volledig |
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
degradatie | |
degradant |
Werkwoord
degraderen [3]
- overgankelijk in rang, waardigheid of klasse verlagen
- Hij werd gedegradeerd tot soldaat.
- ergatief tot een lagere rang of klasse gaan behoren
- Dat was het jaar dat deze club uit de eredivisie degradeerde.
Vertalingen
1. in rang verlagen
Gangbaarheid
- Het woord degraderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'degraderen' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.