debiet

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • de·biet
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘afzet’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1735 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord debiet -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

debiet o

  1. afzet van waren
  2. (natuurkunde) de hoeveelheid doorstromend medium (vloeistof of gas) in m3 per seconde
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord debiet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
46 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.