cougar

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • cou·gar
Woordherkomst en -opbouw
  • van het Engels [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord cougar cougars
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

cougar m

  1. (zoogdieren) Puma concolor poema, bergleeuw, zilverleeuw
  2. oudere vrouw die op zoek is naar seks met een veel jongere man
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord cougar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen


Engels

enkelvoud meervoud
cougar cougars

Zelfstandig naamwoord

cougar

  1. (katachtigen) poema
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.