citrusvrucht
Nederlands
Woordafbreking
- ci·trus·vrucht
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘naam voor vruchten van het geslacht Citrus’ voor het eerst aangetroffen in 1947 [1]
- samenstelling van citrus en vrucht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | citrusvrucht | citrusvruchten |
verkleinwoord | citrusvruchtje | citrusvruchtjes |
Zelfstandig naamwoord
citrusvrucht v/m
- Citroenen, mandarijnen, grapefruit, en sinaasappel zijn bekende citrusvruchten.
Gangbaarheid
- Het woord citrusvrucht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'citrusvrucht' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.