brandde op

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • brand·de op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opbranden

brandde op

  1. enkelvoud verleden tijd van opbranden
    • Ik brandde op. 
    • Jij brandde op. 
    • Hij, zij, het brandde op. 

Gangbaarheid

  • Het woord brandde op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.