blei

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blei    (hulp, bestand)
  • IPA: /blɛi/
Woordafbreking
  • blei
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘beenvis’ voor het eerst aangetroffen in 1477 [1]
  • [2] [3] [4]
enkelvoud meervoud
naamwoord blei bleien
verkleinwoord bleitje bleitjes

Zelfstandig naamwoord

blei v / m [5] [6] [7]

  1. (vissen) Blicca bjoerkna een zoetwatervis die tot de karperachtigen behoort
Synoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord blei staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
25 %van de Nederlanders;
21 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Noors

Woordafbreking
  • blei

Werkwoord

blei

  1. verleden tijd van bli
Schrijfwijzen


Nynorsk

Woordafbreking
  • blei

Werkwoord

blei

  1. verleden tijd van bli
Synoniemen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.