bivouac

[2]: A bivouac
Een bivak

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  bivouac (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: / ˈbɪvʊˌæk /, / ˈbɪvwæk /
Woordafbreking
  • biv·ou·ac
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontleend aan het Franse zelfstandige naamwoord bivouac, dat waarschijnlijk van het Zwitserse/Elzassische woord "biwacht" komt, dat weer van "Beiwacht" (= verdere wacht) komt
enkelvoud meervoud
bivouac bivouacs

Zelfstandig naamwoord

bivouac

  1. (militair) bivak, legerkamp, legerplaats
  1. «Soldiers setting up a bivouac by the stream.»
    Soldaten zetten op een bivak bij de stroom.
  2. bivak (bijv. van bergbeklimmers)
Schrijfwijzen
  • bivouack
Synoniemen
  • [1]: camp
  • [1]: cantonment
  • [1]: encampment
  • [1]: military quarters
  • [2]: campsite
  • [2]: campground
  • [2]: camping area
Uitdrukkingen en gezegden
  • [1]: lay out a bivouac
een bivak opslaan
vervoeging
onbepaalde wijs to bivouac
he/she/it [[bivouacs<br />ook: bivouacks]]
verleden tijd bivouacked
voltooid
deelwoord
bivouacked
onvoltooid
deelwoord
bivouacking
gebiedende wijs bivouac

Werkwoord

bivouac

  1. overgankelijk, (militair) bivakkeren
  1. «The army bivouacked for the night by the lake.»
    Het leger bivakkeerde voor de nacht aan het meer.
  2. overgankelijk bivakkeren
  1. «The climbers bivouacked on a ledge of the cliff.»
    De klimmers bivakkeerden op een richel van de klif.
Schrijfwijzen
  • bivouack
Schrijfwijzen
  • camp
  • camp out
  • encamp
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.