bijspringen
Nederlands
Woordafbreking
- bijĀ·sprinĀ·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bij en springen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
bijspringen |
sprong bij |
bijgesprongen |
klasse 3 | volledig |
Werkwoord
bijspringen
- ergatief iemand financieel uit de problemen halen
- Zijn ouders waren hem bijgesprongen, maar zelfs dat mocht niet baten.
Gangbaarheid
- Het woord bijspringen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bijspringen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.