beuzelachtig
Nederlands
Woordafbreking
- beu·zel·ach·tig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | beuzelachtig | beuzelachtiger | beuzelachtigst |
verbogen | beuzelachtige | beuzelachtigere | beuzelachtigste |
partitief | beuzelachtigs | beuzelachtigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
beuzelachtig
- geneigd zijn tot beuzelen
- Hij was een beuzelachtige zeurkous die zich over allerlei onbenulligheden opwond
Gangbaarheid
- Het woord beuzelachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.