besmeren

Besmeren.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·sme·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
besmeren
besmeerde
besmeerd
zwak -d volledig

Werkwoord

besmeren

  1. overgankelijk een zachte massa op iets aanbrengen
    • Heb je die boterhammen al besmeerd? 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord besmeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.