beleefde

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·leef·de

Bijvoeglijk naamwoord

beleefde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van beleefd

Werkwoord

vervoeging van
beleven

beleefde

  1. enkelvoud verleden tijd van beleven
    • Ik beleefde. 
    • Jij beleefde. 
    • Hij, zij, het beleefde. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.