bankrun
Nederlands
Woordafbreking
- bank·run
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bank en run
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bankrun | bankruns |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
bankrun m
- (financieel) verschijnsel waarbij een groot aantal klanten van één bank hun geld van hun rekeningen halen, waardoor bij de bank een acuut liquiditeitsprobleem ontstaat.
- Spaanse bank sluit na bankrun [1]
Vertalingen
1. verschijnsel waarbij een groot aantal klanten hun geld van hun bankrekening halen
Gangbaarheid
- Het woord bankrun staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bankrun' herkend door:
73 % | van de Nederlanders; |
53 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.