azuur
Nederlands
Woordafbreking
- azuur
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘blauw’ voor het eerst aangetroffen in 1350 [1]
- van het Frans [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | azuur | - |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
azuur o
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord azuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'azuur' herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.