azuur

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • azuur
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘blauw’ voor het eerst aangetroffen in 1350 [1]
  • van het Frans [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord azuur -
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

azuur o

  1. (kleur) diepblauwe kleur zoals die van de halfedelsteen lapis lazuli
  2. (heraldiek) de kleur blauw zoals deze in wapenschilden toegepast wordt
Synoniemen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord azuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.