armoedig

armoedig geklede man door Rembrandt

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ar·moe·dig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen armoedigarmoedigerarmoedigst
verbogen armoedigearmoedigerearmoedigste
partitief armoedigsarmoedigers-

Bijvoeglijk naamwoord

armoedig

  1. van armoede getuigend
    • Trek die armoedige kleren toch eens uit en trek wat leuks aan. 
    • De rijke man had altijd armoedige kleren aan, want hij wilde zijn rijkdom niet tonen. 

Gangbaarheid

  • Het woord armoedig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.