arg

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  arg    (hulp, bestand)
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen arg
verbogen arge

Bijvoeglijk naamwoord

arg [2]

  1. In de 17de eeuw was arg nog zeer gewoon, doch later is deze vorm nagenoeg in onbruik geraakt en door erg verdrongen
    • alleen bij een studentencorps wordt erg nog als arg uitgesproken (zie ook kwalijk) 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'arg' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Nedersaksisch

Bijwoord

arg

  1. erg

Zweeds

stellend vergrotend overtreffend
arg
argare
argast

Bijvoeglijk naamwoord

arg

  1. boos
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.