anijssuiker

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • anijs·sui·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord anijssuiker anijssuikers
verkleinwoord anijssuikertje anijssuikertjes

Zelfstandig naamwoord

anijssuiker m [1]

  1. suiker met een anijssmaak
Synoniemen
  • anijsblokje

Gangbaarheid
  • Het woord 'anijssuiker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.