aftroggelarij

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·trog·ge·la·rij
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aftroggelarij aftroggelarijen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

aftroggelarij v [1]

  1. de keer dat men op slinkse wijze iets verkrijgt van een ander
    • `In België komen staatshervormingen meestal maar tot stand op grond van chantage, aftroggelarij en politieke koopje', schrijft hij. [2] 
    • Verder onderzoek moet uitwijzen of het daarbij al dan niet om aftroggelarij ging. [3] 
Synoniemen
  • afperserij

Gangbaarheid

  • Het woord aftroggelarij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
84 %van de Nederlanders;
89 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.