afschilderen
Nederlands
Woordafbreking
- af·schil·de·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af bw en schilderen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afschilderen |
schilderde af |
afgeschilderd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
afschilderen
- overgankelijk een meestal niet geheel terechte weergave van iets of iemand geven, waardoor de schrijver of spreker vooral aangeeft wat hij zelf vindt van de beschreven persoon
- Hij werd daarin afgeschilderd als een louche figuur.
Vertalingen
1. een meestal niet geheel terechte weergave van iets of iemand geven
Gangbaarheid
- Het woord afschilderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'afschilderen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.