afgieten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·gie·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afgieten
‘ɑf.xi.tə(n)
goot af
ɣit ‘ɑf
afgegoten
ɑf.xə.ɣo.tə(n)
klasse 2 volledig

Werkwoord

afgieten

  1. overgankelijk (kookkunst) het wegschenken van kookvocht
    • - De aardappels werden afgegoten. 
    • - Bij het afgieten van groenten bewaren we het kookvocht voor het maken van een soep. 
    • - Dek af en laat 3 uur sudderen. Het vlees moet heel gaar zijn. Daarna kun je de vloeistof afgieten, opvangen en snel inkoken tot ½ of 1/3, of je kunt na 2½ uur het deksel eraf halen en het vuur wat hoger zetten, zodat er vloeistof verdampt. Het is belangrijk de saus in te laten koken om de smaken te concentreren. Doe het vlees, zo nodig, terug in de pan om op te warmen.[1] 

Gangbaarheid

  • Het woord afgieten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Janneke Vreugdenhil 22 juli 2015 NRC
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.