activar

Catalaans

stamtijd
tegenw.
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
activo activava activat
1e vervoeging volledig

Werkwoord

activar

  1. activeren, op gang brengen


Spaans

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
activar
activaba
activado
volledig

Werkwoord

activar

Woordafbreking
  • ac·ti·var
  • overgankelijk
  1. activeren, op gang brengen
  2. bevorderen, bespoedigen
Synoniemen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.