aanwinnen
Nederlands
Woordafbreking
- aan·win·nen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aan vz en winnen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aanwinnen |
won aan |
aangewonnen |
klasse 3 | volledig |
Werkwoord
aanwinnen
- overgankelijk gebiedswinst boeken door verlanding
- Daarbij werd ze uitstekend geholpen door Sliedrechters die op genoemde oever voortdurend land aanwonnen voor riet- en griendcultuur.
- overgankelijk iets nieuws verwerven
- Zij wonnen daardoor veel nieuwe leden aan.
Gangbaarheid
- Het woord aanwinnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'aanwinnen' herkend door:
84 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.