aaneengeschakelde

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·een·ge·scha·kel·de

Bijvoeglijk naamwoord

aaneengeschakelde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van aaneengeschakeld

Deelwoord

aaneengeschakelde

  1. verbogen vorm van het voltooid deelwoord aaneengeschakeld van aaneenschakelen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.