Nederlaander

Achterhoeks

enkelvoud meervoud
naamwoord Nederlaander Nederlaanders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

Nederlaander

  1. (demoniem) Nederlander; een inwoner van Nederland of persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit
Verwante begrippen


Drents

Zelfstandig naamwoord

Nederlaander

  1. (demoniem) Nederlander; een inwoner van Nederland of persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit
Verwante begrippen


Gronings

Zelfstandig naamwoord

Nederlaander

  1. (demoniem) Nederlander; een inwoner van Nederland of persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit
Verwante begrippen


Nedersaksisch

enkelvoud meervoud
naamwoord Nederlaander Nederlaanders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

Nederlaander

  1. (demoniem) Nederlander; een inwoner van Nederland of persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit
Verwante begrippen


Sallands

enkelvoud meervoud
naamwoord Nederlaander Nederlaanders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

Nederlaander

  1. (demoniem) Nederlander; een inwoner van Nederland of persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit
Verwante begrippen


Stellingwerfs

Zelfstandig naamwoord

Nederlaander

  1. (demoniem) Nederlander; een inwoner van Nederland of persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit
Verwante begrippen


Twents

Zelfstandig naamwoord

Nederlaander

  1. (demoniem) Nederlander; een inwoner van Nederland of persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit
Verwante begrippen


Veluws

Zelfstandig naamwoord

Nederlaander

  1. (demoniem) Nederlander; een inwoner van Nederland of persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit
Verwante begrippen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.