uiteindelijk

Dutch

Etymology

From uiteinde + -lijk.

Pronunciation

  • (file)

Adjective

uiteindelijk (comparative uiteindelijker, superlative uiteindelijkst)

  1. eventual
  2. final

Inflection

Inflection of uiteindelijk
uninflected uiteindelijk
inflected uiteindelijke
comparative uiteindelijker
positive comparative superlative
predicative/adverbial uiteindelijkuiteindelijkerhet uiteindelijkst
het uiteindelijkste
indefinite m./f. sing. uiteindelijkeuiteindelijkereuiteindelijkste
n. sing. uiteindelijkuiteindelijkeruiteindelijkste
plural uiteindelijkeuiteindelijkereuiteindelijkste
definite uiteindelijkeuiteindelijkereuiteindelijkste
partitive uiteindelijksuiteindelijkers

Adverb

uiteindelijk

  1. in the end; eventually
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.