Z (letter)

De letter Z is de 26e en laatste letter in het moderne Latijnse alfabet. In het vroege Latijn ontwikkelde de /z/-klank zich tot een /r/-klank, waardoor de Z overbodig werd. De Romeinse politicus Appius Claudius Caecus, voormalig censor van de Republiek, verbande de letter omstreeks het jaar 300 v.Chr. uit het alfabet. In de 1e eeuw v.Chr. werd de Z geherintroduceerd, naar het model van de Griekse letter Zèta (Ζ, ζ), maar de nieuwe letter werd wel helemaal achteraan in het alfabet geplaatst. De nieuwe letter was nodig om de vele nieuwe vreemde woorden uit het pas onderworpen Griekenland te kunnen opschrijven.[1] De Y is de enige andere letter waarvoor de Romeinen niet ook schatplichtig zijn aan de Etrusken.

Versierde letter Z door de schilder James Tissot (rond 1890)
Een aantal voorbeelden van de letter Z

De Semitische letter Zajin en de Oudgriekse Zèta werden vermoedelijk uitgesproken als /dz/. De Etruskische Z, die zij hadden geleerd van Griekse kolonisten, klonk mogelijk meer als /ts/.

In het internationale spellingsalfabet wordt de Z weergegeven door middel van het woord Zulu. In het Nederlandse telefoonalfabet wordt de Z weergegeven door middel van het woord Zaandam (verouderd: Zacharias).

Proto-semitische
Z
Fenicische
Z
Etruskische
Z
Griekse
Zèta


Zie de categorie Z van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.