Willem van den Hoonaard

Willem van den Hoonaard (Abbenbroek, 30 juni 1788Hillegersberg, 1 juni 1862) was onderwijzer te Hillegersberg, auteur van schoolboeken en geschiedschrijver.

Willem van den Hoonaard
Algemene informatie
Volledige naamWillem van den Hoonaard
Geboren30 juni 1788
GeboorteplaatsAbbenbroek
Overleden1 juni 1862
OverlijdensplaatsHillegersberg
Land Nederland
Beroepauteur, onderwijzer, geschiedschrijver
Dbnl-profiel
Portaal    Literatuur

Schoolmeester

Van den Hoonaard werd geboren op het eiland Voorne. Na op zijn geboorte-eiland al als kwekeling en ondermeester te hebben gewerkt in Brielle, Zuidland en Pernis, werd hij in 1805 benoemd tot onderwijzer van de tweede klasse aan de bijzondere school in het nabijgelegen Maassluis.

Van den Honaard profiteerde van de invoering in 1806 van de eerste onderwijswet. In deze wet werden de bekwaamheden der onderwijzers voor vier verschillende rangen omschreven. Op aanraden van zijn schoolopziener liet Van den Hoonaard zich zo spoedig mogelijk examineren als onderwijzer van een dezer rangen. Op 21 februari 1807 slaagde hij tijdens een vergadering van de Provinciale Schoolcommissie voor het examen onderwijzer van de derde rang. In 1808 behaalde hij zijn tweede rang. Na een succesvolle sollicatieprocedure werd hij in maart 1809 beroepen tot "eersten leermeester in eene der diakoniescholen te Amsterdam".[1] In 1811 haalde hij zijn diploma voor de eerste rang. Van den Honaard werd een enthousiast lid van de Amsterdamse onderwijzersvereniging. Aan het Athenaeum Illustre volgde hij 's avonds lessen in meetkunde, algebra en sterrenkunde.

Toen vooral na de Franse annexatie de inkomsten van Hervormde diaconie opdroogden moesten er scholen worden gesloten. Van den Honaard kreeg te horen dat hij naar een andere betrekking moest uitzien. Op 21 oktober 1812 kwam hij succesvol uit de strijd in een door de gemeente Hillegersberg georganiseerd vergelijkend onderzoek om een nieuwe onderwijzer te vinden.[2]

Tot 1860 (hij was toen 71), zou Van den Honaard gedurende bijna vijftig jaar werkzaam blijven als schoolmeester in Hillegersberg. Twee jaar later, in 1862 overleed hij aldaar. Bij zijn afscheid in 1860 verkreeg hij het "getuigschrift van den eersten rang" voor zijn verdiensten voor het lager onderwijs.

In een schrijven van 21 augustus 1829 doet Van den Hoonaard een voorstel aan het gemeentebestuur van Hillegersberg om een schoolfonds op te richten, waaruit het lager onderwijs in Hillegersberg bekostigd zou moeten worden. Financieel draagkrachtige ouders zouden hieraan zes gulden per leerling per jaar moeten bijdragen. Voor kinderen uit minvermogende gezinnen zou de gemeente dit bedrag moeten bijpassen. Hoe het gemeentebestuur op dit voorstel heeft gereageerd is niet bekend. In 1831 komt Van den Hoonaard op de kwestie terug in een uitvoerige brochure, getiteld: De zoo veel mogelijk algemeen making van het lager onderwijs. Hij eindigde deze brochure met de volgende wensen:

eene meer juiste afbakening tusschen het lager en middelbaar onderwijs; Bepalingen omtrent de opleiding van Onderwijzers; Voorschriften tot verzekering van een behoorlijk bestaan aan den Onderwijzer der Openbare lagere school, alsmede tot beveiliging tegen gebrek in zijn ouden dag.

Schoolboekenschrijver

Naast zijn dagelijks werk was hij ook actief als schrijver van schoolboeken over rekenen, aardrijkskunde en geschiedenis. Zo schreef hij bijvoorbeeld in 1838, zijn Rekenboek voor de scholen in het Koningrijk der Nederlanden (thans alleen nog in scans beschikbaar). Ook verscheen van zijn hand bij de uitgeverij van C.A. Thieme in Arnhem een "Kaart van Nederland".[3]

Werk als geschiedkundige

Zijn grote liefde ging zeker in zijn jonge jaren (periode 1812-1830) echter uit naar de geschiedschrijving. Voor een werkje getiteld: Korte Uittreksels uit Merkwaardige Land- en Zeereizen behaalde hij in 1814 de gouden medaille bij de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen. Naast een aantal algemene werken over de turbulente gebeurtenissen uit de jongste geschiedenis, die hij zelf als tijdgenoot had meegemaakt, schreef hij een aantal belangwekkende werken over de lokale geschiedenis van het dorp Hillegersberg, omliggende dorpen en buurtschappen en in bredere zin over de geschiedenis van het hoogheemraadschap Schieland. In dit werk maakt hij uitvoerig gebruik van de lokaal voor handen zijnde, door hem geraadpleegde bronnen. Hij ging daarin vrij ver. Zo deed hij in 1829, op verzoek van de eerste hoogleraar archeologie Caspar Reuvens zelfs een opgraving aan de westkant van de burcht van Hillegersberg, dit teneinde te bepalen of deze zandheuvel van natuurlijke oorsprong was of mogelijk door mensenhanden was opgeworpen.

Bekende werken over lokale geschiedenis van zijn hand zijn onder andere:

  • Geschiedkundige en topografische beschrijving van de dorpen: Hillegersberg en Bergschenhoeck - (1824), 2e druk 1842.
  • Korte aardrijkskundige beschrijving van de stad Rotterdam - (1825)

Persoonlijk leven

Zijn vader en moeder waren respectievelijk de landbouwer Gerrit van den Hoonaard en Adriana Veerman. Willem van den Honaard is tweemaal getrouwd geweest. Zijn eerste huwelijk was met Teuntje Jongejan. Uit dit huwelijk werden twee kinderen geboren. Gerrit werd in 1808 in Maassluis geboren en trad in 1841 in Hillegersberg in het huwelijk. Pieter Wilhelmus van den Hoonaard werd in 1813 in Hillegersberg geboren. Wat er precies met zijn eerste vrouw is gebeurd is onbekend, maar het is niet onaannemelijk dat zij is gestorven. In ieder geval trouwde Willem van den Honaard op 6 juni 1827 voor de tweede keer met de toen 30-jarige, in Hillegersberg geboren Antje Stolwijk (2 oktober 1797 - 3 februari 1864). Uit dit tweede huwelijk ontsproten vijf kinderen: de oudste dochter Adriana Wilhelmina (geboren in 1829) trad in 1853 in het huwelijk te Soerabaja; het tweede kind overleed kort na de geboorte; het derde en vijfde kind overleden kort na elkaar op jonge leeftijd; Magdalena Johanna (1832-1852) en Simon Johannes (1839-1853). Van de derde dochter Maria is bekend dat zij in 1837 is geboren en dat zij in 1859 in Hillegersberg in het huwelijk is getreden.

Via zijn eerste zoon Gerrit is Willem van den Hoonaard de overgrootvader van de edelsmid Siem van den Hoonaard.

Vernoemingen

In Rotterdam-Noord is een straat naar hem vernoemd: de "Van Den Hoonaardstraat". Ook de "Van Den Honaardsingel" in Hillegersberg draagt zijn naam. In 2014 werd in Hillegersberg de trouw- en vergaderzaal aan de Argonautenweg officieel tot de Willem van den Hoonaard-zaal vernoemd.[4]

Noten

  1. Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde (1888-1891)
  2. Zijn aanstelling in het 8e district van de Provincie Zuid-Holland kwam nog bijna in gevaar. Sinds 1810 liep veel Officiële correspondentie over Parijs. De ondertekening van Van den Honaards onderwijzersakte voor de eerste rang door de Grootmeester in Parijs liep vertraging op. Dankzij het ingrijpen van de schoolopziener N. Messchaert en door de behulpzaamheid van de Inspecteur-Generaal der keizerlijke Universiteiten in Holland, A. van den Ende, kwam alles echter toch nog in orde. De akte werd ondertekend en de benoeming vond plaats.
  3. Henk Kersten/Stichting Noviomagus.nl
  4. Willem van den Hoonaard krijgt eigen zaal
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.