Kleine tijm

De kleine tijm (Thymus serpyllum) of wilde tijm is een plant uit de lipbloemenfamilie (Lamiaceae). De plant heeft kruipende stengels. De opstijgende scheuten zijn aan twee tegenoverstaande zijden behaard en zijn zelden hoger dan 7 cm. De grote tijm (Thymus pulegioides) is alleen op de ribben behaard. Een verouderde naam voor de kleine tijm is kwendel.

Kleine tijm
bron: Koehler (1887)
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Lamiiden
Orde:Lamiales
Familie:Lamiaceae (Lipbloemenfamilie)
Geslacht:Thymus (Tijm)
Soort
Thymus serpyllum
L. (1753)
Afbeeldingen Kleine tijm op Wikimedia Commons
Kleine tijm op Wikispecies
Portaal    Biologie

Beschrijving

De bladeren zijn eirond en hebben een lengte van 4-8 mm. Het blad is glanzend, heeft een donkergroene kleur en is soms behaard. De plant bloeit van mei tot augustus. De bloemen staan in kransen, zijn roze of purper en hebben een doorsnede van 3-5 mm. De vruchten zijn eivormige nootjes. De kleine tijm doet het goed in rotstuinen.[1]en op een zonnige plaats.

Plantengemeenschap

De kleine tijm is een kensoort voor de associatie van schapengras en tijm (Festuco-Thymetum serpylli), een plantengemeenschap behorende tot de klasse van de droge graslanden op zandgrond.

Ecologie

Kleine tijm is waardplant voor de vlinders Pempeliella dilutella en tijmblauwtje.


This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.