Waterteunisbloem

Waterteunisbloem (Ludwigia grandiflora) is een overblijvende, waterplant plant die behoort tot de teunisbloemfamilie (Onagraceae). Waterteunisbloem wortelt in de oeverzone en vormt dichte op het wateroppervlak drijvende matten.

Dichtgegroeide watergang
Waterteunisbloem
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Rosiden
Orde:Myrtales
Familie:Onagraceae (Teunisbloemfamilie)
Geslacht:Ludwigia
Soort
Ludwigia grandiflora
(Michx.) Greuter & Burdet (1987)
Afbeeldingen Waterteunisbloem op Wikimedia Commons
Waterteunisbloem op Wikispecies
Portaal    Biologie

De plant komt oorspronkelijk uit Amerika, in Nederland komt deze vijverplant en exoot sinds 1975 in het wild voor. Al in het begin van de 19e eeuw (1823) is zij in Europa geïntroduceerd. Via de handel in vijverplanten is zij in Nederland terechtgekomen. De eerste melding van verwildering in Nederland dateert uit 1993, toen de plant in een vijver in Dalfsen werd aangetroffen. De meeste, zo niet alle, groeiplaatsen in het buitenwater zijn te herleiden tot dumping van overtollige vijverplanten.[1] De soort staat op de zwarte lijst van exotische dieren en planten.

Vanwege de nadelige effecten op de biodiversiteit is de soort in 2010 opgenomen in Bijlage 1 van het Convenant Waterplanten en in 2016 opgenomen op de EU-Unielijst met invasieve exoten van EU-belang. Dit houdt in dat de soort binnen de EU niet meer mag worden verhandeld en dat lidstaten verplicht zijn om in de natuur aanwezige populaties op te sporen en indien mogelijk te verwijderen. Is verwijdering niet meer mogelijk dan dient de soort dusdanig beheerd te worden dat verdere verspreiding zoveel mogelijk wordt voorkomen.[1]

Kenmerken

De plant wordt 10 tot 40 cm hoog. De gele bloemen bloeien van juni tot september. De vrucht is een doosvrucht.

Voorkomen

Waterteunisbloem groeit in en langs onbeschaduwde, stilstaande tot langzaam stromende, voedselrijke wateren, als sloten, kanalen, plassen, meren, beken, rivieren, stadsgrachten en zand- en kleiwinningsputten. Eénmaal gevestigd in het buitenwater vindt verdere verspreiding plaats door losgeraakte stengelfragmenten die door de waterstroming worden meegevoerd. Het is nog niet duidelijk in hoeverre de plant in Nederland kiemkrachtige zaden kan vormen. In 2000 was er voor het eerst sprake van ernstige door waterteunisbloem veroorzaakte overlast. Grote massa’s blokkeerden de waterafvoer in een watergang bij Tiel, zodat het waterschap zich genoodzaakt zag de planten te verwijderen. Tot en met 2008 vertoonde de plant een sterke toename in verspreiding. Dankzij intensieve bestrijding door waterschappen en enkele strenge winters leek de plant in Nederland op z’n retour, maar de laatste jaren lijkt de plant weer toe te nemen. Door de sterke toename in biomassa wordt de doorstroming van watergangen belemmerd en door overschaduwing worden ondergedoken waterplanten verdrongen. De oorspronkelijk aanwezige fauna verarmt en in stilstaande wateren ontstaat zuurstofgebrek.[1]

Zie de categorie Ludwigia grandiflora van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.