Vleeshuis (Antwerpen)

Het Vleeshuis in Antwerpen is een monumentaal voormalig gildehuis. Het is tegenwoordig een museum gewijd aan 600 jaar muziekleven in Antwerpen en de Lage Landen.

Museum Vleeshuis - Klank van de Stad
LocatieVleeshouwersstraat 38
Antwerpen, België
TypeMuziek
ThemaMuziekleven in Antwerpen en de Lage Landen
Opgericht1501-1504 (Vleeshuis), 1913 (Museum Vleeshuis), 2006 (Klank van de Stad)
Personen
DirecteurClement Caremans
ConservatorTimothy De Paepe (Museum Vleeshuis - Klank van de Stad); Annemie De Vos (MAS - Collectie Vleeshuis)
Lid vanStedelijke Musea
Stad Antwerpen
Website
Portaal    Kunst & Cultuur

Geschiedenis

Vleeshuis te Antwerpen

In de middeleeuwen ontstonden er in Antwerpen gebouwen voor verkopers om hen de mogelijkheid te geven op een overdekte plaats handel te drijven. Het eerste Vleeshuis werd in 1250 gebouwd nabij de burcht van Antwerpen (Het Steen) specifiek om er geslachte dieren te verkopen.

Rond 1500, aan het begin van de Gouden Eeuw van Antwerpen, werd het gebouw te klein en door verwaarlozing was het ook vervallen. Het gilde van de slagers besloot om een nieuw Vleeshuis te bouwen, vlak bij de Veemarkt. Daar werden de dieren geslacht en versneden. Het nieuwe gebouw moest ruimte bieden voor 62 slagers. Herman de Waghemakere ontwierp het gebouw en tussen 1501 en 1504 werd het gebouwd. Het is een laat-gotisch gebouw opgetrokken in rode baksteen en witte zandsteen. In de kelder kon vlees worden bewaard dat in de winkeltjes op de indrukwekkende benedenverdieping werd verkocht. Achteraan de benedenverdieping is een kapel. Op de eerste verdieping bevinden zich vergaderzalen en een keuken. Mogelijk waren op de eerste verdieping ook enkele winkeltjes van slagers.[1] De tweede tot en met de vijfde verdiepingen, gelegen onder het dak, dienden als opslagruimtes.

Tijdens de bezetting van de Fransen in 1795 werden de gilden afgeschaft. Het Vleeshuis werd daarna vooral nog als opslagplaats gebruikt. Na 1830 namen verschillende kunstenaars hun intrek in het gebouw. Onder anderen Nicaise de Keyser, Gustave Wappers, Willem Geefs en Théodore Schaepkens werkten er. Omstreeks 1840 bracht de toneelmaatschappij Liede en Eendracht er regelmatig opera's, zangspelen en toneelstukken. Vanaf 1841 liet de toenmalige eigenaar, Joannes Daniel Peyrot, het Vleeshuis grondig verbouwen. De hoge, gewelfde benedenverdieping deelde hij op in twee verdiepingen. De poort naar de bloedberg werd gesloten zodat de calvarie van Cornelis Van Dael uit 1741 (Christus), 1758 (Maria) en 1761 (Johannes) die voorheen aan de Zakbrug stond naar daar kon verhuisd worden.

Het Vleeshuis is gelegen tussen de 3 Hespenstraat en de Repenstraat aan de Vleeshouwerstraat. De helling waar de 3 Hespenstraat op de Burchtgracht uitkomt staat ook als 'Bloedberg' bekend.

Museum

Jos van Immerseel bespeelt het Dulcken-klavecimbel (Museum Vleeshuis, c.1974)

Op het einde van de negentiende eeuw besliste de toenmalige Provinciale Commissie voor Monumentenzorg om in het Vleeshuis een museum in te richten voor de stukken uit de oudheid die in Antwerpen waren gevonden. Vanaf 1901 laat het Antwerpse stadsbestuur het gebouw restaureren door architect Alexis van Mechelen en in 1913 opende het museum. De bedoeling was om een zo breed mogelijk beeld te tonen van kunstproductie van de oudheid tot het heden. Het museum bezat een collectie metaal, keramiek, glaswerk, iconografie, wapens, houtsnijwerk, onderdelen van architectuur en interieur, en muziekinstrumenten. Ook paleontologische en Egyptologische objecten vonden hun weg naar het museum. Het museum kreeg tevens enkele historiserende stijlkamers, inclusief een reconstructie van de vergaderzaal van het beenhouwersgilde.

Onder impuls van conservator Jeannine Lambrechts-Douillez en mede dankzij een grote permanente bruikleen van het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen kwamen vanaf 1967 de muziekinstrumenten steeds meer op de voorgrond. Geleidelijk aan vormde het museum zijn vaste tentoonstelling om.

Na een korte sluiting in 2006 opende het Vleeshuis opnieuw zijn deuren, nu onder leiding van conservator Karel Moens. Het museum kreeg vanaf dan de ondertitel 'Klank van de Stad'. Enkele jaren later werden alle objecten die niets met muziek te maken hadden, ondergebracht in het Museum aan de Stroom (MAS). Deze omvangrijke oudheidkundige of historische collectie kreeg de naam MAS | Collectie Vleeshuis.

Klank van de Stad

Binnengezicht van Museum Vleeshuis

Museum Vleeshuis | Klank van de Stad toont de evolutie van het (Antwerpse) muziekleven op de benedenverdieping en in de kelder van het gebouw. Het museum heeft volgende themasecties: Speellieden, Gezag en orde, Torenmuziek, Opera, Kerkmuziek, verschillende thema's rond huismuziek, Klokkengieterij Sergeys, Openbaar concertleven, Instrumentenatelier Van Engelen, en Dansmuziek.

Op de laatste woensdag van elke maand (behalve in juli, augustus en december) organiseert het museum een concert onder de titel Woensdagklanken. De focus ligt vaak op onbekende Belgische muziek. In het verleden bespeelden musici als Gustav Leonhardt, Jos van Immerseel, Kenneth Gilbert, Sigiswald Kuijken, Claire Chevalier en Korneel Bernolet de historische klavierinstrumenten in het museum. Onder meer Jos van Immerseel, Ewald Demeyere, Nicolas Callot en Lucas Blondeel namen cd's op in het Vleeshuis.

Over enkele jaren zal het Vleeshuis grondig worden gerestaureerd. Delen van de collectie zullen dan elders worden tentoongesteld. Na de restauratie zal het Vleeshuis opnieuw een muziekmuseum worden.

Sinds 2013 is Museum Vleeshuis bevoegd voor de stadsbeiaard van de kathedraal. Stadsbeiaardiers Koen Van Assche en Liesbeth Janssens bespelen de beiaard drie keer per week. Tijdens de zomervakantie organiseert het Museum Vleeshuis beiaardconcerten, meestal in samenwerking met buitenlandse beiaardiers. Tijdens de zomerconcerten werken de beiaardiers soms samen met andere artiesten: in 2015 zong rapster Slongs Dievanongs met de beiaard, en in juli 2016 begeleidde de beiaard K3.

In 2013 werd de Orgelcollectie Ghysels aan het museum toegewezen.

Lijst met topstukken uit de Klank van de Stad-collectie

Contrabasblokfluit

Enkele bijzondere objecten uit het museum zijn:

Enkele van deze instrumenten worden nog bespeeld.

Afbeeldingen

Literatuur

  • Catalogus van de muziekinstrumenten uit de verzameling van het Museum Vleeshuis, uitgave van het Ruckers Genootschap, Antwerpen, 1981.
  • Lambrechts-Douillez, Jeannine, Het dagelijkse leven in de tweede helft van de 16de eeuw. Een keuze uit de verzamelingen van het museum Vleeshuis, Antwerpen, 1985.
  • Lampo, Jan, Het Vleeshuis. Slagerspaleis van Antwerpen, Davidsfonds, Leuven, 2004.
  • Migom, Serge; Auwera, Fernand; Beeckman, Johan, Rondom het Vleeshuis. Geschiedenis van een verdwenen buurt, Pandora, Antwerpen, 2004.
  • Museum Vleeshuis | Klank van de Stad, Bai, Antwerpen, 2009.
  • [Jolien Paeshuys], De orgelcollectie Geysels. Een unieke verzameling mechanische instrumenten uit de vorige eeuw, Kunsten en Erfgoed, Brussel, [2014].

Zie ook

Zie de categorie Vleeshuis - Klank van de Stad van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.