U 23 (Kriegsmarine)

De U-23 was een Duitse U-boot van de Kriegsmarine tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze was een Type IIB U-boot en deed dienst van 1936 tot 1944. Gedurende zestien patrouilles bracht de U-23 zeven schepen met een tonnage van in totaal 11.179 BRT tot zinken, waaronder twee oorlogsschepen. In al die tijd verloor de U-23 geen enkel bemanningslid. Tien commandanten voerden het bevel over de U-23. Één van hen was de zeer bekende en succesvolle Kapitänleutnant Otto Kretschmer. Tegen het einde van de oorlog werd het schip door de bemanning zelf tot zinken gebracht nabij de Turkse kust.

Vlag
U-23
Vlag
Geschiedenis
Kiellegging11 april 1936[1]
Tewaterlating28 augustus 1936[1]
In dienst gesteld24 september 1936[1]
Uit dienst gesteld10 september 1944[1]
Algemene kenmerken
Waterverplaatsingboven water
279 ton[2]
boven water
328 ton[2]
maximaal
414 ton[2]
Afmetingen42,7 x 4,1 x 3,9 meter[2]
Bemanning22 - 24 koppen[2]
Techniek en uitrusting
Machinevermogen700 pk dieselmotor[2]
360 pk elektromotor[2]
Snelheidboven water
13 knopen[2]
onder water
7,0 knopen[2]
Bewapening3 x torpedobuizen[2]
12 x zeemijnen[2]
Portaal    Marine

Bouw en tewaterlating

De kiellegging van de U-23 vond plaats in Kiel, op 11 april 1936. Het schip werd op 28 augustus 1936 te water gelaten en een maand later in dienst genomen.

Eerste oorlogsjaar

Om 04:45 u van 4 oktober 1939 scoorde de U-23 een van de vroegste successen van de Kriegsmarine in het begin van de oorlog, toen zij het Britse koopvaardijschip Glen Farg met kanonvuur en een torpedo, op ongeveer 60 km ten zuidwesten van Sumburgh Head tot zinken bracht. Één bemanningslid overleed en 16 overlevenden werden opgepikt door de HMS Firedrake die hen de volgende dag in Kirkwall aan wal bracht. De U-23 stond toen onder bevel van Otto Kretschmer, die later een van de bekendste en meest succesvolle Duitse onderzeeboot azen zou worden. Onder diens bevel wist de U-23 op 14 oktober 1939 te ontsnappen aan een aanval door de Britse onderzeeër HMS Sturgeon, onder bevel van luitenant-ter-zee L. G. A. Gregory van de Royal Navy. De HMS Sturgeon vuurde drie torpedo's af naar de U-23 in het Skagerak, op zo'n 20 zeemijlen ten west-noord-west van Skagen, Denemarken (positie 57°49' N. en 09°59' O.) De torpedo's misten hun doel en de U-23 kon ontkomen.

Trainingsschip

Na haar dienst in de Atlantische Oceaan werd de U-23 van juni 1940 tot september 1942 als trainingsschip ingezet in het 21e Unterseebootsflottille.

Carrière in de Zwarte Zee

Vanaf oktober 1942 werd de U-23 ingezet in de 30e Unterseebootsflottille. Deze eenheid bestond uit zes onderzeeboten en was actief in de Zwarte Zee. Om hier te geraken werd de U-23 op ongebruikelijke wijze door de Kriegsmarine overgeplaatst: de U-boten werden getransporteerd over land per trein en via de rivier de Donau, naar de Roemeense haven van Constanţa vervoerd. Van hieruit brachten de onderzeeboten in twee jaar tijd 26 (veelal Russische) schepen tot zinken met een tonnage van 45.426 BRT.

In augustus 1944 werd Roemenië, een van de asmogendheden, door de Russen veroverd. Hierdoor kon het 30e Unterseebootsflottille niet meer over land terugkeren naar Duitsland. Besloten werd om de onderzeeboten zelf tot zinken te brengen om ze niet in handen te laten vallen van het Rode Leger of de Russische marine. De U-23 werd samen met de U-19 en de U-20 op 10 september 1944 nabij de kust van Turkije in de Zwarte Zee tot zinken gebracht. De precieze locatie hiervan is 41°11' N. en 30°00' O.

Teruggevonden

Op 3 februari 2008 vond de Turkse marine-ingenieur Selçuk Kolay de rustplaats van de drie tot zinken gebrachte onderzeeërs, nabij de Turkse kust en bezocht het wrak van één van hen, de U-20 op drie kilometer van de stad Agva. De U-20 ligt op 25 meter diepte, de U-23 op 50 meter en de U-19 op 500 meter.[3]

Commandanten

  • 1 sep. 1936 - 3 jan. 1938: KrvKpt. Eberhard Godt
  • 1936/37 - 30 sep. 1937: Hans-Günther Looff
  • 1 okt. 1937 - 1 april 1940: Kptlt. Otto Kretschmer (Ridderkruis)
  • 8 april 1940 - 19 mei 1940: Kptlt. Heinz Beduhn
  • 20 mei 1940 - 30 sep. 1940: Heinrich Driver
  • 1 okt. 1940 - 20 maart 1941: Kurt Reichenbach-Klinke
  • 21 maart 1941 - 23 sep. 1941: Ernst-Ulrich Brüller
  • 24 sep. 1941 - 26 maart 1942: Ulrich Gräf
  • 27 maart 1942 - 19 juni 1944: Kptlt. Rolf-Birger Wahlen
  • 20 juni 1944 - 10 sep. 1944: Oblt. Rudolf Arendt

Referenties

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.